“Het kind uit de dessa” - Soldaat G. Caf�

Verhalen
Simandjuntank 9  
A-  A+

Gabriël Café

Tot slot van zijn verklaring zei Djamba "Zie zo Pa Daoed dit waren onze daden geweest". " Zeer juist" was het antwoord van Pa Daoed (sergeant Anês) en vervolgde te zeggen dat Djamba waarschijnlijk een medaille zou krijgen, aangezien kolonel Gaharu van de TNI dit soort heldendaden altijd met een medaille beloonde. In verband met het uitreiken van medailles wilde Pa Daoed gaarne alle namen weten van de dappere vrijheidstrijders die aan de slachtpartij op de Hollanders hadden meegewerkt. Vol trots noemde Djamba behalve Harris en Liberty Simandjuntak, ook de namen van Man bin Pendita Dalam, Saad bin Dalam Praboe en Sahri bin Mado Jakim. Dit drietal, afkomstig uit Goenoeng Djati, waren lid van de 'Masjoemi' - de Moslim partij.

Een andere aanwezige, Abdoel Rachman, die ook graag een medaille wilde hebben verklaarde ongevraagd dat hij ook zo dapper tegen de Hollanders had gevochten. Hij had met zijn kornuiten de zeven mans patrouille in de omgeving van Soekaradja aangevallen. Met voorladers hadden zij toen twee Hollanders met een buikschot afgemaakt. De brave Abdoel was in de war, er is toen één man met een buikschot afgemaakt, de prauweigenaar Toemboeh Gelar, een landgenoot van hem.

 

Sergeant Anês en zijn groep wisten voldoende over het drama van de zeven jongens en besloten de terugtocht te aanvaarden. Anês gaf H.Oemar en zijn vrouw een handvol Japanse bankbiljetten als dank voor de maaltijd en als nieuwjaar gift. Het Jappengeld is in de Hollandse sector wel waardeloos maar voor een eenvoudige rampokker is het nog steeds klinkende munt. De KNIL jongens hadden met deze royale geste bijna hun dekmantel verraden. Een stoere vrijheidstrijder rooft en moordt maar van belonen kan je hem niet beschuldigen.

Zonder Simandjuntak maar met een schat aan gegevens arriveerde het moedige viertal weer op hun basis. Als het hen gelukt was Simandjuntak neer te leggen hadden zij het zelf niet overleefd. Als een dictator bleef de Batakker constant omgeven door een lijfwacht van ongeveer vijftig man.